‘Veel Nederlanders zullen nog raar opkijken als ze merken wat de echte problemen zijn van de 21e eeuw’

Een korte inventarisatie bij de aanzet van 2011.

U was een paar maanden ondergedoken, wat hebt u gedaan?
‘Ik reisde door de Verenigde Staten, niet de bekende plekken maar het binnenland, al die kleine stadjes en dorpen waar je normaliter altijd overheen vliegt. Bijna 10.000 mijl gereden en eindeloos veel gepraat, met Jan en alleman, gewoon om de stemming te peilen.’ 

En hoe was die stemming?
‘Grimmig en verward. In diners en Mc Donalds, overal in Amerika, vind je iedere ochtend boeren en arbeiders die daar gebakken eieren zitten te eten. Meestal zijn het vaste gezelschappen. Daar hoor je een boel. Het gaat daar allang niet meer tussen links en rechs of Democraat en Republikein, nee, het gaat om de politiek als geheel, om de politici als gezamenlijkheid. Het vertrouwen het democratische systeem op zich is aan het verdwijnen. En de mensen zijn erg kwaad. Zoveel wordt hen afgenomen, werk, pensioenen, huizen, door machten waarop ze geen enkele greep lijken te hebben.’

Lijkt het op Europa?
‘In veel opzichten niet. Hier worden de scherpste kantjes van de crisis nog altijd weggeslepen door onze verzorgingsstaten. Daar is het veel ruiger en directer, maar het maakt de samenleving ook flexibeler. Iedereen is veel meer gewend om aan te pakken, iedere mogelijkheid die zich voordoet. Alleen worden die mogelijkheden voor een grote groep steeds beperkter. Een kleine groep mensen heeft zich de afgelopen decennia gigantisch verrijkt ten koste van de armen. Die groep is nu bovendien bezig om zich op allerlei manieren in te kopen in de staatsmacht. Dat kon in Amerika altijd al, maar de schaal waarop het op dit moment gebeurt is verontrustend.

In andere opzichten lijkt het ook weer wel op Europa. Wij, toeschouwers van buitenaf, onderschatten bijvoorbeeld altijd weer de grote verschillen tussen de diverse staten binnen de USA. De eenheid van het land is veel brozer dan we ons meestal realiseren. Veel tegenstellingen gaan ook helemaal niet tussen links of rechts, het is vaak eerder een botsing tussen de federatie – ‘Washington’ – en de eigen staat. Wij, Europeanen, zijn helemaal gewend aan de tegenstellingen tussen de verschillende staten, we weten niet beter. Maar in Minnesota, zo merkte ik,  praten veel mensen op exact dezelfde manier over Arizona en Californië zoals men hier praat over Griekenland. En ze hebben evenmin veel zin om op te draaien voor de problemen daar aan de zuidflank van het land. Bij de Tea Party draait het daar ook weer om, het is een klassiek conflict dat altijd weer opduikt in de geschiedenis van de USA.’

 
En nu weer terug in Nederland.
‘Ja, een thuiskomst was het niet echt. We troffen niet alleen een andere regering maar ook een ander land. De komst van de PVV in het centrum van de macht is opeens op allerlei manieren merkbaar. In de media, en met name in de praatprogramma’s, zijn de PVV-ers nu als volstrekt normale gesprekspartners aangeschoven. Hun extreme gedachtegoed is daarmee ook genormaliseerd. Ik was net in Denemarken, voor de Deense vertaling van In Europa. Daar is het tij nu eindelijk aan het keren, de populistische Deense Volkspartij is aan het verliezen, de sociaal-democraten zijn weer aan de winnende hand. Na tien jaar heeft iedereen eindelijk genoeg van al dat gekanker. Maar de schade is enorm. Denemarken is veel meer in zichzelf gekeerd geraakt, veel meer anti-immigrant, het publieke debat is veel zuurder geworden. En ik zeg je, uiteindelijk slaat dat allemaal als een boemerang naar ons terug. Wij zijn bezig een historische vergissing te maken. Los van alle menselijke aspecten, we hebben binnenkort immigranten juist keihard nodig. West-Europa vergrijst snel, de bevolkingsgroei stagneert en zal zelfs gaan dalen. Willen we iets van ons welvaartsniveau behouden, dan zullen we juist een verstandig immigratiebeleid moeten gaan ontwikkelen. Nu jagen we juist al dat talent weg, terwijl de problematische figuren blijven.  Zo'n meisje Sahar, die vanuit een vluchtelingencaravan gymnasium doet, uit zulke vrouwen hebben we keihard nodig. Die anti-immigrantencampagne is ook een vorm van kapitaalsvernietiging, waarvan we heel veel spijt gaan krijgen. Echt, een historische vergissing.


Overdrijft u niet een beetje, met die zorgelijke toon?
‘Nee. En het gaat om meer dan enkel de houding tegenover moslims. Voordat ik vertrok had ik een lang gesprek met een vriend die veel in Azië en Amerika reist. Hij maakte zich grote zorgen over de democratie in Amerika, vertelde hij. In Azië had hij gezien hoe democratieën goed overeind bleven als ze aan drie voorwaarden voldeden: nette verkiezingen, een heldere publieke discussie en een weerbaarheid jegens extremistische bewegingen, zowel van links als van rechts. Een goed functionerende democratie, zei hij, houdt dat soort bewegingen, plus hun opvattingen, zoveel mogelijk uit het centrum van de macht. Dat laatste gold volgens hem steeds minder voor de Verenigde Staten. En voor Nederland, dacht ik er stilletjes bij.’

Maar je kunt toch niet zeggen dat met deze regering opeens de hel is losgebroken?
‘Er is nog een andere grondregel binnen een gezonde democratie:  de minderheid accepteert de macht van de meerderheid, maar de meerderheid respecteert in ruil daarvoor zoveel mogelijk de opvattingen van de minderheid. De nieuwe Nederlandse regering bestaat inderdaad, althans voor een deel, uit kundige bestuurders. Een paar hadden zelfs probleemloos kunnen meedraaien in een meer progressieve coalitie. Maar er zitten op dit moment ook een aantal bewindslieden op het pluche, die deze positie enkel te danken hebben aan hun slaafse gehoorzaamheid. Hun ambt hebben ze niet verkregen vanwege hun bekwaamheid, maar enkel als beloning voor bewezen hand- en spandiensten bij de vorming van dit rare kabinet. En alleen al daardoor regeert op dit moment het cynisme.

Bovendien hebben ze stuk voor stuk aan de PVV een prijs moeten betalen voor de stoel waarop ze zitten.  En daarmee viert de borreltafel feest: 130 km per uur op de snelwegen, weer roken in de kleine café’s, het overboord gooien van een paar grote milieuprojecten, het afknijpen van de ontwikkelingshulp. En natuurlijk het kapotslaan van grote delen van de kunstsector – want wat ze daar van plan zijn gaat ver uit boven normale bezuinigingen. Die schade is niet per ongeluk, die is gewild, dat is een bewuste destructie, dat is pure pesterij.  Dat merk je aan alles.  Allemaal cadeautjes aan de PVV. Wat dat betreft is de rancune wel degelijk aan de macht. En die rancune heeft geen millimeter respect voor welke minderheid ook. Die haat alles wat bijzonder is, en anders, en weerloos.  

Maar je kunt al die PVV-stemmers toch niet zo wegzetten?
Menno ter Braak schreef al in 1937 dat je de moed moet hebben om rancune als zodanig te benoemen, ook in de politiek. Het verhelpen van misstanden heeft geen zin bij rancuneuze mensen. Ze zullen onmiddellijk nieuwe problemen vinden om hun bitterheid in leven te houden.  Rancuneuze mensen wentelen zich in hun slachtofferschap, en die rol zullen ze tot hun laatste snik koesteren. 
Begrijp me goed, ik snap prima dat mensen zich afwenden van de traditionele politiek. Ook aan de linkerzijde – voorzover die termen in 2011 nog van toepassing zijn – is die neiging duidelijk merkbaar, al uit het zich daar meer in verwarring en apathie. Die machteloze woede tegen de nieuwe regentenkaste die maar graait en/of doorwalst….. Terecht ervaren alle normale ploeterende mensen dat als een groot onrecht. De uitverkoop van de zorg, het onderwijs, de spoorwegen, de verwaarlozing van de publieke zaak – vooral aangejaagd door de huidige regeringspartijen, maar een mens vergeet snel. Het besef dat je leven steeds meer bepaald wordt door machten waarop je helemaal geen grip meer hebt, ook dat kan een mens wanhopig maken.

Maar daarna moet je je wel afvragen wat je met die woede doet. Ga je die afreageren op een zondebok? Verzuur je in cynisme of rancune? Of probeer je er, op je eigen manier en misschien wel helemaal van onderop, weer iets van te maken? Die keuze is wel degelijk je eigen verantwoordelijkheid. En wie kiest voor de PVV, capituleert voor de bitterheid. Goddank barst het in Nederland van de mensen die catogorisch weigeren om met die stroom mee te gaan. Die duizend en één kleine initiatieven ondernemen, in buurten, dorpen, scholen. Dat is een machtige onderstroom. Henk en Ingrid hebben, als het erop aankomt, helemaal niet zoveel trek om in deze hetzerige sfeer te blijven leven. En daar zullen we het komende jaar steeds meer van gaan merken.’  
 
Wat verwacht u verder voor 2011?
‘Het kan best eens een stormachtig jaar worden. De Arabische jeugd is op een ongekende manier in opstand gekomen. Hoe dat uitpakt kan geen mens nu nog zeggen, maar dit zal soortgelijke gevolgen kunnen hebben als de aardverschuivingen in Oost- en Middeneuropa in 1989. En niemand kan nog volhouden dat in de islamitische wereld nooit iets verandert, dat islam en modern denken onmogelijk kunnen samengaan. De euro wankelt nog steeds, en daarmee het hele Europese project. Als de euro overeind blijft bestaat er een flinke kans dat het hele circus zich verplaatst naar de USA, nu met de dollar als doelwit. De gevolgen zullen niet mis zijn. De macht en invloed van het Westen vermindert. Voor onze energie zijn we veel teveel afhankelijk van tijdelijke hulpbronnen en foute landen. De wereldmachten individualiseren: we hebben steeds minder van doen met min of meer georganiseerde staten, steeds meer met bedrijfsconglomeraten, financiële machten, kleine maar zeer beangstigende terreurgroepen, zeeschuimers op internet. We hebben een toenemend klimaatsprobleem, zonder ook maar het begin van een goed gecoördineerde aanpak. Europa zit met een snelle vergrijzing, zal een immigratiebeleid moeten ontwikkelen en de verzorgingsstaten snel moeten ombouwen. Allemaal koren op de molen van populistische bewegingen, die dan ook overal uit de grond schieten.

Het zijn overgangsjaren naar een nieuwe fase in de geschiedenis,  het is een periode van grote internationale instabiliteit, en dat is altijd gevaarlijk. Mensen voelen dat heel goed aan, daarom heerst er ook zo’n bange, grimmige sfeer. Al zullen veel Nederlanders nog raar opkijken als ze merken wat de échte problemen zijn van de 21e eeuw.’

En uzelf?
‘Ik werk hard aan een nieuw boek. Maar het is een stevige klus, en ik zal er het hele jaar nog wel mee bezig zijn. Het gaat over Amerika, Europa, over 1960, over wat er sindsdien veranderd is, van alles. Verder zijn alle bekende gezegden van toepassing: broedende kip, niet storen, geen idee wat precies uit het ei komt, enzovoorts. Dat geldt trouwens ook voor mezelf. Het schrijven van een boek is net zoiets als een reis, het is proces dat meestal al snel een eigen leven gaat leiden, een eigen dynamiek krijgt en een eigen richting zoekt. En ik sta nog maar aan het  begin.’  

28 december 2010                                                                                       Johanna Klaver